Juf Anna heeft 25 kinderen in haar klas. Ieder kind werkt vanuit een basisemotie. Bij het ene kind  is het duidelijk te zien welke emotie dit  kind tot werken zet. Bij een ander kind is dat weer een stuk lastiger.  Het gedrag van een kind laat zien vanuit welke emotie hij of zij handelt. Dit gedrag is het meest prominent ten tijde van stress. Wanneer juf Anne een proefwerk geeft, weet ze precies hoe elke leerling reageert en waarom hij of zij zo reageert. Hierdoor kan ze snel en efficiënt reageren wanneer het gedrag het kind in de weg staat.

Esther is een vrolijk meisje. Haar goede humeur en haar stralende lach werken aanstekelijk op de rest van de kinderen. Ze heeft oog voor de kinderen om haar heen. Wanneer het niet zo goed gaat met een klasgenootje, dan valt dat Esther onmiddellijk op. In de pauze zie je Esther dan samen met dat meisje of jongetje over het schoolplein lopen of op een bankje zitten kletsen.  Het lijkt wel of Esther een paar voelsprietjes op haar hoofd heeft, waarmee ze haarfijn kan voelen, wat iemand nodig heeft om zich beter te voelen Omdat in een klas van 25 kinderen er altijd wel één kind zich niet zo fijn voelt, is Esther een drukbezet meisje.  Esther is lief en zorgzaam. Ze deelt haar lekkers van thuis altijd met de kinderen om haar heen, en ze is zelfs bereid om haar lekkerste broodje weg te geven aan het kind dat zelf zijn of haar eten vergeten is.  Het zal je dan ook niets verbazen dat Esther veel vrienden en vriendinnen heeft.

Onder al die zonneschijn ligt echter verdriet. Diep van binnen is Esther heel eenzaam. Diep van binnen voelt Esther zich niet goed genoeg voor de mensen om haar heen, dus geeft ze alles wat ze in zich heeft. Door zich op de behoeftes van anderen te concentreren krijgt ze veel waardering. De waardering helpt Esther om haar verdriet en eenzaamheid niet te voelen. Dit is een vicieuze cirkel want haar verdriet en eenzaamheid wordt versterkt doordat ze niet aan haar eigen behoeftes toe komt.

Esther gaat gemakkelijk over haar grenzen heen. Wanneer iemand het huiswerk niet begrijpt staat Esther al klaar om het uit te leggen. Soms zelfs ten koste van haar eigen werk. Wanneer iemand het zwaar heeft, dan heeft Esther het ook zwaar. Ze maakt zich soms zoveel zorgen dat ze er niet van kan slapen. Soms is het voor Esther zelfs moeilijk om plezier te hebben,  wanneer ze weet dat een  vriendinnetje niet lekker in haar vel zit. Esther kan heel goed omgaan met de emoties van anderen. Het is voor haar ook niet moeilijk om plaatsvervangend te huilen of boos te zijn.  Haar eigen emoties zijn onbekend voor Esther. Daarvoor is ze te veel op anderen gefocust.

Juf Anne heeft de handleiding van Esther gelezen.  Haar zorgzaamheid en haar hulp in de klas zijn juf Anne welkom en daarmee ontneemt Esther haar ook wat zorg. Toch weet juf Anne dat ze Esther ook mag leren meer voor zichzelf en haar eigen behoeftes op te komen. Ze laat Esther herhaaldelijk weten dat ze een waardevol meisje is, ook als ze iets voor zichzelf doet. Juf Anne probeert Esther net iets meer waardering te geven wanneer ze iets voor zichzelf heeft gedaan, dan wanneer ze iets voor een ander doet. Tijdens een proefwerk kan Esther zich druk maken over de kinderen die het proefwerk moeilijk vinden. Door een duidelijke afspraak te maken dat juf Anne deze kinderen helpt, schept ze voor Esther de ruimte om zich op haar eigen proefwerk te concentreren. Het geeft Esther rust in haar hoofd, wanneer ze weet dat er voor iedereen gezorgd wordt.